Quantcast
Channel: Resensies - LitNet
Viewing all articles
Browse latest Browse all 1795

Kleurenblind door Trevor Noah

$
0
0

Trevor Noah
Kleurenblind
Amsterdam, AW Bruna Uitgevers BV, 2017
ISBN 978 94 005 0797 5
Originele titel:
Born a Crime: Stories from a South African Childhood
Nederlandse vertaling:
Annoesjka Oostindiër en Ineke van Bronswijk

“De wereld houdt niet van je”, zo drukt Trevors moeder hem op het hart.

Trevor Noah is een duizendpoot. Hij goochelt met woorden die iedereen raken. Sedert ik in het voorjaar aan de boekenstand van de tentoonstelling Goede Hoop in het Rijksmuseum de Nederlandse vertaling kocht van Born a Crime: Stories from a South African Childhood, is een nieuwe wereld voor mij opengegaan. De aankoop van het boek was geen sinecure. De baliebediende was zo geconcentreerd de originele, Engelstalige versie aan het lezen dat hij geen oog had voor de kopers die in de rij stonden. Het boek is moeilijk in een hokje te stoppen. Memoires zijn het zeker niet, want die kunnen alleen worden geschreven op het einde van een bewogen leven. Een biografie is het ook niet, want die verwacht je niet over een opgroeiende knaap. Kleurenblind leest zoals een sprookje. Zoals de meeste sprookjes bevat het boek veel hartstocht, toverstokjes die het leven rooskleurig maken, maar ook veel doffe ellende. Het boek is vooral het persoonlijke verhaal van Trevor, die de naweeën van de apartheid in Zuid-Afrika moedig verwerkt, juist hierdoor een bijzondere taalgevoeligheid ontwikkelt en zich telkens uit de slag trekt wanneer het leven in het eenoudergezinnetje met zijn moeder op de proef wordt gesteld.

Trevor Noah is geboren in 1984, wanneer de apartheid nog volop woedt. Bij zijn geboorte overtreedt hij de wet al, omdat zijn moeder Patricia zwart is en zijn vader een Zwitser. Zijn moeder was een probleemkind, een tomboy, ontzettend koppig, steilorig en opstandig. Tot ze 21 was, woonde ze in Transkei in een hut met veertien neefjes en nichtjes. Daarna doolde ze rond; ze had geen echt thuis. Toen ze Trevor kreeg – ze was ondertussen 24 – ging zij met haar zoontje wonen in Eden Park, een kleine buitenwijk aan de rand van Johannesburg. Trevor is lichtbruin zoals melkchocolade. Hij is heel groot en zijn leven speelt zich grotendeels binnenshuis af omdat hij buitenshuis altijd het buitenbeentje is: een halfbloed, noch zwart, noch blank, geen kleurling en geen Indiër. Maar Patricia voedt hem op alsof hij een blank kind is, niet in de culturele zin, maar in de zin van geloven dat de wereld aan je voeten ligt. Zij wil breken met de vloek van arm en zwart zijn. “Dat is de vloek van ieder kind dat aan armoede probeert te ontsnappen. Omdat de voorgaande generaties zijn uitgebuit, moet je alles wat je hebt verdiend aan hen afstaan, omdat ze zoveel in te halen hebben. Daardoor kun je zelf niet vooruitkomen.” (blz 84). Bij Patricia is dat ook gebeurd, maar zij zal koste wat het kost verhinderen dat Trevor in hetzelfde sukkelstraatje terechtkomt.

“Zuid-Afrika is een mengeling van oud en nieuw, van traditie en moderniteit. Ik kom uit een land waar mensen in plaats van naar een “westerse” arts eerst naar een sangoma gaan.” – Kleurenblind, blz 47 – foto: Herman Meulemans, Sangoma (2002), Transkei, waar Patricia, de moeder van Trevor, woonde tot ze 21 was.

Doordat Trevor een studiebeurs krijgt van de werkgever van zijn moeder, kan hij schoollopen op Maryvale, een katholieke eliteprivéschool, die een knus gemengde oase vormt te midden van de harde werkelijkheid. Na de zesde klas gaat hij naar een openbare middelbare school: HA Jack Primary, waar hij voor het eerst ziet en voelt dat de groepjes op het schoolplein en in de gangen geordend zijn naar huidskleur. Dat is een ontnuchterende revelatie voor de elfjarige Trevor. Hij reageert daarop door zijn uitgebreide talenkennis actief in te zetten en allerlei talentrucjes met medescholieren uit te halen in het Xhosa, Zoeloe, Afrikaans, Engels en nog andere inheemse talen. Hij leert vlug dat taal de snelste manier om de rassenkloof te dichten. “Als je tegen iemand praat in een taal die hij verstaat, gaat dat naar zijn hoofd. Als je in zijn eigen taal tegen hem praat, gaat dat naar zijn hart”, heeft Nelson Mandela ooit gezegd (blz 267). Trevor maakt er een spelletje van om deze raad in daden om te zetten en om een kameleonachtige leefstijl te ontwikkelen. Omdat hij bij geen enkele groep hoort, leert hij naadloos te laveren tussen alle groepen en zich onzichtbaar te maken in de massa. Op zijn 17de doet hij eindexamen en overweegt hij om naar de universiteit te gaan en computerprogrammeur te worden maar er komt niets van omdat hij het collegegeld niet kan betalen. Maar dat kan hem niets schelen want in de middelbare school heeft hij al een lucratieve business opgestart door geripte cd’s op straat te verkopen en op feesten muziek te draaien.

Vanaf zijn 20ste gaat zijn carrière steil opwaarts. Hij treedt op als komediant, gaat op tournee door het land, speelt voorstellingen in Engeland, presenteert radio- en televisieprogramma’s. Nu wordt Trevor een echte duizendpoot en een immens charmant performer, die op de podia staat van vele grote steden. In 2015 wordt hij anker van het Emmy en Peabody Award winnende tv-programma The Daily Show als opvolger van de legendarische Jon Stewart. Trevor Noah is plots wereldberoemd, maar het sprookje Kleurenblind eindigt wanneer deze steile opgang nog moet beginnen. Het sprookje eindigt met een wondermooi hoofdstuk – met een totaal onverwachte wending – over het leven van zijn moeder Patricia Nombuyiselo Noah, een hoofdstuk dat de meest gevoelige liefdesbrief is die een zoon over zijn moeder kan schrijven.

Door de kleine dingen van het dagelijks leven te beschrijven verschaft Kleurenblind een berg aan inzichten in de micro-relaties binnen de Zuid-Afrikaanse samenleving. De laatste jaren wordt er veel gepalaverd over het belang van kwalitatief sociaalwetenschappelijk onderzoek. Maar de grootste bijdrage tot zulk onderzoek wordt geleverd door levensechte analyses zoals Kleurenblind. Trevor Noah is een insider. Zijn verhaal is levensecht. Het borrelt op uit zijn leven en omgeving. Het spreekt de lezer aan. Het wordt zelfs vaak door de lezer herkend als het eigen verhaal. In de achttien verhalen die het boek rijk is, getuigt Trevor Noah openhartig over wat het betekent om als halfbloed op te groeien in een land in volle transformatie. Ik raak maar enkele uitspraken aan die Noah haast onopvallend verweeft met de verhaallijn van zijn boek maar die de lezer haarscherp laten zien hoe het eraan toegaat in de Zuid-Afrikaanse samenleving.

“De vijandigheid en rancune die ik van kleurlingen over me heen kreeg, heeft me geleerd dat het gemakkelijker is om een insider te zijn onder outsiders dan een outsider onder insiders.” (blz 141) Of het verhaal van Trevor en zijn boezemvriend Teddy die in de Belfour Park Shopping Mall likeurpralines stelen (blz 179-186), het geknipte verhaal om aan te tonen hoe hardnekkig vooroordelen zijn. Of het verhaal van Trevor, zijn moeder en haar opvliegende vriend Abel, dat als geen ander aantoont hoe dubbel huiselijk geweld is: “Als je opgroeit te midden van huiselijk geweld worstel je met het tegenstrijdige gevoel dat je kunt houden van een persoon die je haat, of een persoon kunt haten van wie je houdt.” (blz. 299). Kan er iemand sprekender verwoorden wat er leeft aan de binnenkant van de samenleving?

Trevor schuwt ook geen politieke uitspraken. Zo denk ik aan het voorval dat hij uit de gammele VW Kever van zijn moeder wordt geslingerd, met onmiddellijk daaraan gekoppeld het verhaal over de minibussen als een informeel netwerk van buslijnen uitgebaat door particuliere bedrijfjes, of nou ja, door bendes. (blz 25). Of de uitspraak die de werkhypothese zou kunnen zijn van een lijvige historische studie: “Het einde van de apartheid was iets wat geleidelijk gebeurde. Het was niet zoals bij de Berlijnse Muur, die van de ene dag op de andere opeens weg was. In Zuid-Afrika duurde het jaren voordat de muren barsten gingen vertonen en langzaam afbrokkelden.” (blz 87). Om nog maar te zwijgen over Koning Leopold II en de vele zwarten die zijn omgekomen bij het rubbertappen in het toenmalige Belgisch-Congo. (blz 224).

Trevor Noah is een jonge dertiger die bij zijn moeder in het krijt staat. Zij heeft hem geleerd om mensen met woorden te beroeren en om met talen de kloof tussen mensen te overbruggen. Met zijn Born a Crime, ondertussen in het Nederlands en het Duits vertaald, heeft hij een massaal publiek aangesproken. Trevor is een absolute kei in het vertellen van verhalen, levendig, pittig, vol humor, met een glimlach, met een traan. Hij munt uit in the art of storytelling. De Jiddische traditie van bubbe meise is hem op het lijf geschreven, met als enig verschil dat het niet gaat over overlevering uit vervlogen tijden maar over wat mensen tegenwoordig bezighoudt. Er is onlangs een audioversie van Born a Crime uitgebracht. Met zijn rustige stem, die ook in zijn laatavondprogramma’s op de radio voor zen zorgt, brengt Trevor Noah zijn verhalen ten gehore. Dan is de verteller op zijn best. Dan wordt de luisteraar zelf kleurenblind en gaat hij helemaal op in het verhaal.   

Terzijde:

1) Het boek is in het Nederlands vertaald door Annoesjka Oostindiër en Ineke Bronswijk. Hun vertaling is uiterst eigentijds en dringt regelrecht door tot de jongerencultuur die zo prominent aanwezig is bij Trevor Noah: chillen, hood, hufter, rippen, ritselen, enz.

2) De website van Amazon vermeldt ook de Audible Audio Edition van Born a Crime, uitgegeven door Billionaire Mind Publishing, zowel integraal (2016, 8u50min) als verkort (2017, 46min).

3) De duizendpoot in volle actie (12min):  

Envisioning President Trump’s First Term: The Daily Show, Comedy Central, with Trevor Noah: 

The post Kleurenblind door Trevor Noah appeared first on LitNet.


Viewing all articles
Browse latest Browse all 1795

Trending Articles